Vorige week gaf de Amerikaanse Centrale Bank aan dat de rente in 2018 weliswaar beperkt, maar verder zal toenemen. Drie of vier renteverhogingen zijn in 2018 nodig om de inflatie binnen de perken te houden.
Vorige week gaf de Amerikaanse Centrale Bank aan dat de rente in 2018 weliswaar beperkt, maar verder zal toenemen. Drie of vier renteverhogingen zijn in 2018 nodig om de inflatie binnen de perken te houden. De langetermijnrente steeg en u ziet dat duidelijk op de 30 jarige T-bond. De 150 en vervolgens 145 punten zijn belangrijke steunen om in de gaten te houden. Zowel voor de obligatie als voor de aandelenmarkt. Beide zijn daar immers zeer gevoelig aan.
De langetermijnrente bleef sinds vorige week stijgen en de bal ging aan het rollen. Alle Amerikaanse beursindexen kleurden vuurrood en de daling nam toe in snelheid.
Gewoontegetrouw kreeg de 5% daling van maandag 5 februari alle aandacht op het laat-avond-nieuws. Hebben we te maken met een beurscrash of wat is er aan de hand?
Gaat dit over een crash, dan kunt u zich de vraag stellen hoe u de 5% stijging sinds januari naar de huidige top noemt? Beurscorrecties gebeuren en elke belegger die in aandelen investeert weet dat dit vroeg of laat kan gebeuren.
Stel u de vraag: Heeft Noord-Korea dan toch Amerika aangevallen? Zijn de reserves van de olieplatformen opgebruikt? Of heeft Rusland zijn duikboten in de Noordzee gestationeerd?
Het antwoord op al die vragen is gelukkig negatief. In de geschiedenis was er nooit een beurscrash tenzij u een daling van pakweg 15% na een stijging van 400% een crash noemt.
Correcties en een bearmarket – een daling die maanden of jaren duurt – daarentegen komen regelmatig voor, en hoe hoger een beursindex hoe groter de correcties. Weliswaar in punten maar niet in procenten. Sommige bronnen vergeten dat erbij te vermelden.
Sinds 2009 is de Amerikaanse beurs S&P500 dus met 331% gestegen. Daar is sinds de top op 26 januari tijdens dit schrijven 7,79% af. Dinsdag 6 februari kan de beurs opnieuw opveren of verder dalen. Maar het is duidelijk dat beleggers historisch gezien de tijd hebben om hun winst veilig te stellen en dus uit te stappen met een beperkt verlies sinds de top. In dit geval was dit mogelijk op vrijdag en maandag. Was dit nu de reden om sinds maanden short te gaan of 50% of meer cash aan te houden.
Die keuze om al dan niet in de markt te blijven is het eenvoudigst wanneer u voor al uw posities uw stoploss kent. M.a.w. het niveau dat u uitstapt bij trendkeer.
De mogelijke daling van Bitcoins heb ik in vorige bijdrage toegelicht. Particulieren zijn eraan voor de moeite en professionelen staan aan te schuiven aan de kassa dankzij shortposities. Hebt u ook overwogen om een shortpositie te nemen? De CME margin voor 1 short positie contract bedraagt 200.000 USD, de prijs van een klein huis…
Heeft de daling van Bitcoins invloed op de aandelenmarkt? Het kan, om grote verliezen in te dekken zijn bepaalde partijen misschien verplicht hun aandelen te verkopen. Dat vernemen we later.
Ligt de daling aan de computers. Aan de computer zal het zeker niet liggen. Wel aan diegene die het computermodel geschreven hebben. De meeste van die modellen op Wallstreet hebben één doel: zoveel mogelijk traden want dit zorgt voor trading-inkomsten.
Terwijl de master computer van Wallstreet de markt stopt bij een daling van 7%, gaan ‘trading-computers’ short bij de minste daling. Tegelijk zijn er onvoldoende ‘computer-aankoop-modellen’ waardoor de markt steeds sneller daalt.
Nooit eerder kon u de volgende steun op de beursindex zo voorspellen. Breekt de steun door teveel verkooporders, je ziet de markt in een flits dalen naar de volgende steun.
Klassiek getrouw ontvang je nu ook mails in de zin: kijk hier naar het signaal en dan wist u dat…
Vroeger kon je nog zeggen dat het laattijdig ontvangen van zo’n bericht aan ‘de Post’ lag, maar stuur mij in de toekomst die mails 1 dag eerder…
Uit dit artikel onthouden we drie elementen uit de technische analyse die ons helpen om succesvol in aandelen te beleggen: